
Siña
In het eerste hoofdstuk hebben we kennisgemaakt met de werkwoorden in het Papiaments. Het Papiaments kent geen vervoegingen. Het hele werkwoord (infinitief) verandert niet.
Om de tegenwoordige tijd aan te geven, plaatsen we het woordje ta vóór het werkwoord dat een actie of handeling aangeeft. Deze werkwoorden noemen we regelmatige werkwoorden. De ta is de tijdsaanduider, die geeft aan in welke tijd de zin komt te staan.
Mi ta come = Ik eet
Mi is in bovenstaande zin het onderwerp.
Ta is in bovenstaande zin de tijdsaanduider.
Come is in bovenstaande zin het werkwoord.
Als je meerdere werkwoorden achter elkaar wilt gebruiken, hoef je enkel voor het éérste werkwoord de ta te plaatsen (als dit een regelmatig werkwoord is). Bekijk hieronder wat extra voorbeelden:
Mi ta sinta
Ik zit
Bo ta cana
Je loopt
E ta bay
Hij/zij gaat
Sabrina ta cuminsa awe
Sabrina begint vandaag
E alumnonan ta bay landa
De leerlingen gaan zwemmen
Bo ta papia mucho
Je praat te veel
Boso prima ta app hopi
Jullie nicht appt veel
Kico bo ta haci aki?
Wat doe je hier?
E coki ta uza azeta di oleifi
De kok gebruikt olijfolie