Persoonlijke voornaamwoorden in het Papiaments

persoonlijke voornaamwoorden in het Papiaments

Persoonlijke en bezittelijke voornaamwoorden. Daar kun je niet omheen als je een nieuwe taal leert. Gelukkig zijn de persoonlijke en de bezittelijke voornaamwoorden in het Papiaments vrij makkelijk te leren en bijna identiek aan elkaar. Twee vliegen in één klap dus! In ‘Jezelf voorstellen’ hebben we vooral aandacht geschonken aan ‘ik’ en ‘jij/je’. Nu willen we het hele rijtje afmaken, en natuurlijk met een paar nuttige voorbeelden.

Persoonlijke voornaamwoorden – Pronòmber personal

IkAmi/mi
Jij/JeAbo/bo
Hij/zij/ze/hetE
WijNos
JullieBoso/Bosnan/Bosonan
Zij/zeNan

Mi ta kontentu
Ik ben blij

Bo ta riku
Je bent rijk

E ta mahos
Hij/zij/het is lelijk

Nos ta liber
Wij/we zijn vrij

Boso ta sabí
Jullie zijn slim

Nan ta tristu
Zij/ze zijn verdrietig

Bezittelijke voornaamwoorden – Pronòmber posesivo

MijnMi
Je/jouwBo
Zijn/haarSu*
Ons/onzeNos
JullieBoso/(Bosnan)
HunNan

Mi buki
Mijn boek

Bo outo
Je/jouw auto

Su kas
Zijn/haar huis

Nos pèn
Onze pen

Boso yabi
Jullie sleutel

Nan maleta
Hun koffer